De kwestie declaratiefraude door raadslid Monrooij
- Geschreven: 10 oktober 2021
Declaratiefraude
Over dit onderwerp heb ik al veel artikelen geschreven. Hierbij nog meer aanvullingen.
Nadat ik de brief van advocaat van Roo had ontvangen heb ik meermaals aan burgemeester Backhuijs gevraagd wie de rekening heeft betaald.
Elke keer opnieuw antwoordde hij dat Monrooij zelf de rekening had betaald aangezien Monrooij zelf die advocaat in de hand had genomen. Een ambtenaar bracht mij op het spoor van deze kwestie en die kan de declaratie een op een linken aan de brief die Rijnders/Bakhtali, namens Monrooij hebben ontvangen van advocaat Van Roo. Werkzaam bij Van As advocaten
Ik had lange tijd geen flauw idee hoe ik dat verder kon onderzoeken. Op een gegeven moment, enkele jaren later (want veel te doen als stadspartij Núwegein), kwam ik op het idee om de grootboekrekening bij de Griffie op te vragen. Daar kwam uit dat er door de griffier een rekening is betaald aan Van As advocaten voor een juridisch advies inzake Bakhtali/Rijnders. Op de declaratie niet de naam van Van Roo. Wel veel raadselachtige letters. Na onderzoek bij de administratie van Van As advocaten bleek dat daartussen ook de initialen van Van Roo vermeld stonden.
Heel veel mailwisselingen zijn er toen geweest en langdurig omdat ik ontwijkende antwoorden kreeg op mijn vragen en er geen opdrachtbrief of andere schriftelijke stukken overlegd konden worden. De burgemeester verklaarde, toen hij geen kant meer op kon, dat hij wist dat er een andere opdracht is gegeven aan van As advocaten, door de gemeente, aan advocaat Van Roo. Om onderzoek te doen naar Rijnders/Bakhtali. Echter: die opdracht is mondeling verstrekt maar de burgemeester wist niet door wie. Het resultaat van dat onderzoek is mondeling teruggekoppeld maar hij weet niet aan wie. En dat er dáárom geen stukken aanwezig waren in de gemeentelijke administratie en ook niet in het archief van de griffie of van de gemeente. Van Roo zou dus, volgens de burgemeester twee identieke opdrachten hebben gekregen. Een van Monrooij en een van de gemeente. Beide onderzoeken zouden gericht zijn op Bakhtali en Rijnders. Dat is wat hij mij en de overige raadsleden wil doen geloven. Maar: als hij niet weet "wie" hoe weet hij dan het "hoe"? Simpel antwoord: dat kan hij niet. Deze verklaring kon met een mooie regenboog naar het Rijk der Fantasieën worden verwezen.
Nogmaals: de declaratie is aan het presidium gericht, de burgemeester is de voorzitter en het presidium bestaat uit totaal 5 a 6 personen. Hoe kan de burgemeester het niet weten? En waarom stelt hij geen onderzoek in?
Ook de griffie kan een dergelijke opdracht niet geven. Niets wat daarop wijst. Noch de griffier noch de griffiemedewerkers hebben met de opdracht te maken gehad. De raadsleden zijn de werkgever van de griffier en de griffiemedewerkers.
De burgemeester heeft die opdracht niet gegeven. Dat heeft hij meermaals zelf verklaard.
De regels voor de gemeentelijke administratie schrijven voor dat een declaratie altijd aan een persoon worden gericht. Een persoon die bevoegd is om de opdracht te geven of die het mandaat heeft om een dergelijke opdracht uit te zetten. En niet zoals in dit geval aan een anonieme commissie (het presidium, de agendacommissie van de gemeenteraad). De declaratie is gericht aan het presidium. Dat is niet eens legaal want het presidium is slechts een agendacommissie en mag dergelijke opdrachten niet verstrekken. Wat advocaat van Roo geacht wordt te weten, hij is immers naast advocaat ook raadslid geweest in een buurgemeente. In geen enkel verslag van de presidiumvergaderingen vooraf aan het onderzoek was een melding te vinden over dit besluit van het presidium. Ik heb dit tot verder dan een jaar voorafgaand aan het onderzoek Bakhtali/Rijnders uitgeplozen.
In de brief van Van Roo aan Rijnders en mij staat dat Monrooij zich tot Van Roo heeft gewend “zowel voor zich als in zijn hoedanigheid van plaatsvervangend voorzitter van het presidium en de gemeenteraad van Nieuwegein”. Deze woorden waren voor mij de aanleiding om mijn vragen te stellen. Monrooij is raadslid, net als ik. En ik moet mijn advocaten uit eigen zak betalen. Zoals het hoort. Dat hij voorzitter is van allerlei raadscommissies is geen vergunning om dergelijke private onderzoeken uit het gemeenschapsgeld te betalen. Ook al dekt de burgemeester jij bij alles, no matter what. De burgemeester is geen vergunning. Ook de burgemeester moet zich aan de wetten en regels houden.
Motief
Rijnders en Bakhtali hebben slechts eenmaal samen opgetrokken en dat was de open brief schrijven en hun vertrouwen naar Monrooij toe opzeggen. Declaratie van Van As advocaten is aan het presidium gericht. Presidium is een agendacommissie zonder verdere bevoegdheden en zeker geen bevoegdheid om onderzoek naar raadsleden uit te laten voeren. Ze zijn niet “afd. Personeelszaken” van de raad. De raadsgriffier is de enige functionaris die facturen/declaraties voor de griffie en raadsleden accordeert.
Burgemeester Backhuijs was destijds de voorzitter van het presidium, Monrooij was waarnemend voorzitter. Daarnaast zijn nog 3 raadsleden lid van het presidium.
Ik heb op 23 november 2017, om 14.23 uur telefonisch contact gehad met advocaat Van Roo.
Eerst met een medewerkster die desgevraagd uitlegde dat het dossiernummer ook op de brieven horen te staan. Op de brief die wij hadden ontvangen stond geen dossiernummer. Zij was het die kon melden dat de initialen op de declaratie van Van Roo zijn. Wij konden dat niet omdat de letters op de declaratie niet corresponderen met de naam waar hij de brief mee had ondertekend. Zij verbond mij door met Van Roo. Van Roo verklaarde ronduit dat Monrooij destijds zijn cliënt was, in de zaak waar het om de gemeentelijke declaratie ging. Hij verwees mij naar Monrooij voor meer informatie en anders naar degene die de declaratie ter inzage had gelegd. Hij sloot af met de mededeling dat hij Monrooij zou informeren dat ik met hem contact heb gehad.
Er is op de hele wereld dus maar één persoon die een reden heeft voor een onderzoek/advies Rijnders/Bakhtali én die tegelijkertijd in de positie is om ervoor te zorgen dat de raadsgriffier de declaratie accordeert. En dat is Monrooij. Hij is de enige die er belang bij heeft om Rijnders/Bakhtali via een advocaat te bedreigen met juridische procedures. Hij is de enige die er belang bij heeft om ons het zwijgen op te leggen. Zoals gezegd is het functioneren van Monrooij als voorzitter van meerdere raadscommissies het enige thema waar ik samen met Rijnders ben opgetrokken. Heel belangrijk: Monrooij is ook degene van wie de raadsgriffier afhankelijk is, aangezien Monrooij de voorzitter was van de werkgeverscommissie griffier. Hij gaat dus ook over de functioneringsgesprekken, het personeelsdossier van de griffier. Kortom: Monrooij heeft grote invloed op de verdere carrière van de griffier.
Alles in aanmerking genomen is het zo goed als uitgesloten dat Monrooij de opdracht niet heeft gegeven (of ik moet geloven dat er een spook op het gemeentehuis rondwaart die mondelinge opdrachten aan advocaten kan verstrekken en het mondelinge “advies” van de advocaat in ontvangst kan nemen en bovendien de griffier zover kan krijgen om declaraties van Van Roo van As advocaten inzake dat mondelinge advies Rijnders/Bakhtali te accorderen. En die ook nog van alles in het oor van de burgemeester fluistert.
Het is het één of het ander. U mag kiezen.
Onderzoeksfraude
Er is een mailwisseling met de raadsgriffier destijds waaruit duidelijk wordt dat ik al had aangegeven dat mijn klacht over de (PvdA) burgemeester volgens de Gemeentewet moest worden afgehandeld en niet volgens de Algemene Wet Bestuursrecht.
Dat was dus al bekend. En het is logisch en vanzelfsprekend. Een onderzoek naar de ontvankelijkheid van mijn klacht was onnodig. Als je de ontvankelijkheid toch wenst te onderzoeken, onderzoek dan ook de ontvankelijkheid op grond van de Gemeentewet. En laat dat het juist die wet zijn die uit het ontvankelijkheidsonderzoek is weggelaten. Ze hebben niet onderzocht of ik wel gelijk had met de Gemeentewet. Maar bewust een juridisch bureau ingehuurd om de ontvankelijkheid van mijn klacht te onderzoek aan de hand van de verkeerde wet (de AwB) zodat mijn klacht niet ontvankelijk werd verklaard.
Ik heb onlangs nog een brief gevonden van Monrooij als voorzitter van de onderzoekscommissie aan de gemeenteraad. Daarin meldt hij dat aan een kostbaar juridisch bureau (CMS Derks Star Busmann) is gevraagd om de ontvankelijkheid te onderzoeken van mijn klacht. Alles over de gemeenteraad is geregeld in de Gemeentewet. Alle raadsinstrumenten zijn geregeld in de Gemeentewet. Onze verordeningen zijn gebaseerd op de Gemeentewet. Dat überhaupt deze onderzoekscommissie kan worden ingesteld is geregeld in de Gemeentewet. Het is dus het meest voor de hand liggend, logisch en vanzelfsprekend, dat mijn klacht ontvankelijk is op basis van de Gemeentewet. Dus is het heel onlogisch dat er een opdracht wordt gegeven om de ontvankelijkheid van mijn klacht te onderzoeken vanuit alle mogelijke invalshoeken (de AwB, het klachtrecht, de rechtspraktijk, de Nationale Ombudsman en de VNG) behalve vanuit de Gemeentewet!
En zeker Monrooij die sinds 1994 actief is in de gemeenteraad, waaronder vier jaar als wethouder, met alle mogelijke voorzitterschappen in de Raad wordt geacht dit te weten.
En ook al zou het niet vanzelf spreken dat de Gemeentewet wordt gevolgd (wat 100% alleen theorie een optie zou zijn), dan nog had die invalshoek niet mogen ontbreken bij het onderzoek. Kosten van dit gefraudeerd onderzoek: bijna € 5000,- van de gemeenschap.
Overigens is bij geen enkel onderzoek naar mij ooit een ontvankelijkheidsonderzoek uitgevoerd of toestemming aan de gemeenteraad gevraagd. Maar dat even terzijde.
Hier als toegift een klein overzicht van de manier waarop de gemeenteraad wordt gesaboteerd in het uitvoeren van haar werk.
Nieuwe fraudekwesties die onderzoek behoeven (fraude is een patroon in de gemeente Nieuwegein):
Alweer per toeval ontdekte ik een onderzoek dat is uitgevoerd door advocaat Van Beurden van advocatenkantoor Van Benthem en Keulen. Een onderzoek waarin bepaalde uitspraken van mij (Bakhtali) over raadslid Monrooij minutieus onder de loep zijn genomen. De factuur bedraagt ruim € 12.000,-.
€ 12.000,- van de Nieuwegeinse gemeenschap wel te verstaan.
Ik heb de burgemeester in een aantal mails bevraagd over dit onderzoek. Hij ontkende resoluut ooit een dergelijke opdracht te hebben gegeven. De stukken, waar ik de kopieen van bezat, waren ook aldoor niet vindbaar in het gemeentelijk archief. Pas na stevig aandringen kwamen eindelijk de stukken boven water en toen pas "herinnerde" burgemeester Backhuijs zich opeens dat hij toch even langs zijn neus weg die opdracht heeft gegeven. Ook van dit onderzoek geen spoor van een opdrachtbrief. Uit de stukken die er wel zijn kan alleen worden geconcludeerd dat (alweer) Monrooij de cliënt was en dus de opdracht heeft gegeven, dat hij de te onderzoeken uitspraken hoogstpersoonlijk heeft overhandigd aan de advocaat en dat hij de cliënt van Van Beurden was die in de declaratie wordt genoemd. En laten we het maar niet hebben over een ontvankelijkheidonderzoek. Het kan allemaal in Nieuwegein.
Het is al een groot raadsel hoe het mogelijk is dat een raadslid (Monrooij) toegang kon krijgen tot de advocaat die de gemeente al vertegenwoordigt in een civiel geschil tussen mij en de gemeente.
Bovendien mag en kan het niet zo zijn dat de Nieuwegeinse gemeenschap ALWEER de rekening van de advocaat betaalt voor een raadslid (Monrooij) dat wil weten of hij een ander raadslid (mij) civiel dan wel strafrechtelijk kan laten vervolgen voor bepaalde uitspraken die ik gedaan heb over hem. Dat zijn privéaangelegenheden en horen niet op rekening van de gemeenschap te komen. Het kan niet anders dan dat ook hier gefraudeerd is met de declaratie.
Wordt vervolgd
Overige al dan niet frauduleuze zaken
Hier een link naar wat ik de “bonnetjes affaire” noem. Hoe ik tot aan de poorten van de hel ben opgejaagd door Martin Monrooij in samenwerking met de raadsgriffier destijds. Bijzonder veel creativiteit is aan de dag gelegd bij het (niet) willen vergoeden van mijn declaratie's door hoe kan het ook anders: Monrooij in samenwerking met de burgemeester en de gemeenteraad. Het ging om €175,- aan gemaakte kosten. En het heeft bijzonder weinig gescheeld of er was een onderzoeksbureau ingehuurd voor een second opinion om ervoor te zorgen dat ik deze kosten niet vergoed kreeg. Wat uiteraard minimaal € 5000,- zou kosten. Van de Nieuwegeinse gemeenschap uiteraard. In de politiek is er geen schaamte.
Er is ook de brief van mijn werkgever bij de SWN (Movactor) destijds met daarin de mededeling dat hij mijn brief aan de PvdA burgemeester (met explosieve privacygevoelige informatie) van de PvdA-fractie had ontvangen. Adriani, nu wethouder, was destijds de fractievoorzitter van de PvdA en die heeft samen met andere PvdA’ers vergaande en daadwerkelijke bemoeienissen gehad op mijn werkplek bij de SWN, die hebben geleid tot mijn staandevoetontslag. De PvdA-wethouder destijds was Lubbinge. En Lubbinge was de subsidieverstrekker van de SWN, nu Movator geheten. De directeur en mijn werkgever destijds was dus voor zijn centjes afhankelijk van de PvdA-wethouder.
Op de site accountant.nl treft u een artikel aan waar de rechterlijke uitspraak over het BING-onderzoek naar deze kwestie wordt besproken: Kwade bedoeling niet onderzocht. De kern van de aanleiding van het BING-onderzoek is niet onderzocht. Het BING-onderzoek is door de tuchtrechter en de hoogste rechter naar de prullenbak verwezen.
In dat artikel ook de vindplaats van de uitspraak.
(Dit artikel wordt de komende dagen nog verder aangevuld)